Canadian History

Wat te doen op je vrije zondag in Alberta? Een beetje sightseeïng offcourse!

Het weekend begon al op zaterdag, want Lethbridge had the Whoop-up Days; een grote kermis en rodeo. Dit keer samen met Esther, die hier een bijbaantje heeft en helpt met de paarden en andere klusjes. De kermis had een mooie verzameling misselijkmakende attracties en bijbehorende snoepkramen. En de rodeo had een heuse clown present... Voor de foto's de charmes in de strijd gegooid en tijdens de Bullrides stonden wij vooraan langs het hek - van dichtbij heel indrukwekkend! - je doet graag een stapje van het hek vandaan als een stier aan komt rennen..
's Avonds steak gegeten bij Montana's, geserveerd door cowboys, met je drankje in een jampot en krijtjes om op het tafelkleed te tekenen.

Dan de culturele zondag, met natuurlijk paarden: The Northwest Mounted Police
Opgericht in 1873 met als belangrijkste aanleiding, de illegale handel in Whiskey bestrijden.
Het aanbod voor nieuwe recruten was goed: een stuk land van 160 hectare na 3 jaar dienst. Dus er kwamen mannen vanuit alle uithoeken solliciteren.
De eerste missie was het beruchte fort Whoop-up in Lethbridge. De tocht erheen was lang, warm en ze wisten niet precies de weg. Er was geen extra water of proviand mee. De warmbloedpaarden bleken er niet tegen bestand en stierven onderweg.
Fort Whoop-up bleek verlaten toen ze arriveerden, en de achtergebleven eigenaar bood het te koop aan voor veel geld. De NWMP officers hadden dit geld niet en trokken teleurgesteld noordwaarts naar Fort Macleod's waar zij wel succesvol waren. Dit fort is later de post geworden voor de Nothwest territories.
Naast deze missie werd de NWMP ingezet als sleutelfiguur voor de provincie, een beetje zoals de wijkagent nu, maar dan met een iets uitgestrekter werkgebied.
Het Fort Macleod, is zover het nog bestond verhuist naar het plaatsje zelf en is nu een museum, je bent er in een uurtje doorheen, toch is het leuk om even gezien te hebben.

Nog voordat de Vikingen en later Columbus voet aan land zetten leefden de indianen hier op de praries naast de Rocky Mountains hun leven. In Alberta zijn dit de Kainai of de Blackfoot stam. Zij jaagden op bisons door deze van de kliffen af te drijven, en wisten met het landklimaat om te gaan in zomer (heet en droog) en winter (kou en sneeuw). De Kainai zijn verjaagd met de komst van de non-natives, maar nog altijd leven er een paar kleinere gemeenschappen hier in reservaten of daarbuiten.
De verdere geschiedenis is hier nog niet zo oud - zeg vier eeuwen - en de bevolking is door de jaren vooral ontstaan door immigratie. Canada leent zijn naam trouwens aan het indiaanse woord "Kanata" dat "nederzetting" betekent. Het Galt museum in Lethbridge vertelt je er alles over, al is het niet erg groot.

Veel historische gebouwen zijn er helaas niet, Maar er word aan gewerkt, zo versleept men hele huizen, saloons en treinstation naar een veilige plek om daar de geschiedenis te kunnen blijven vertellen. Vorige week al bezochten wij zo'n dorpje.

De natuur blijft hier onveranderd mooi, de Rockey Mountains zijn 80 tot 55 miljoen jaar geleden verrezen, en verschillende rivieren stromen daar sinds de ijstijd vandaan. Hier in de buurt stroomt de Oldman River. Die in al die jaren de aarde flink heeft uitgesleten en waardoor je nu een dal ingaat om de rivier te kruisen.
Waar de prarie geel en droog is, is het in het rivierdal, zogeheten coulees een oase van groen en natuur. Mijn bezoekje aan pavan park in de coolee net ten noorden van Lethbridge was dan ook erg de moeite waard!